Schoonbranden elektriciteitsdraad

Begin jaren '70 werkte ik als elektricien aan de honingraatflats van deel C (Gliphoeve, Gerenstein, Geinwijk, Egeldonk, Eeftink en Echtenstein) in de Amsterdamse Bijlmer. Tijdens het draadtrekken, aflassen met lasdoppen of andere elektragerelateerde werkzaamheden in de bouw, werden door ons alle restant stukjes elektriciteitsdraad altijd netjes bewaard en verzameld in de grote ‘koper’doos die in onze keet stond.

Gliphoeve I

Gliphoeve I

Elektriciteitsdraad oftewel installatiedraad bestaat uit koper met een vinyllaag als omhulsel en is meestal voorzien van de kleuren bruin, blauw, groen geel en zwart. Ook gebeurde het natuurlijk ook weleens dat er nog een meter draad in een pak zat en je dit niet meer kon gebruiken omdat het net te kort was. Soms, als er in een utiliteitsproject polsdikke kabels werden gebruikt, bleef er natuurlijk ook weleens een metertje over. Alleen al het gewicht hiervan spekte de doos met koper natuurlijk enorm. Omdat koper veel geld opleverde werd dit eens in de zoveel tijd, als de koperdoos vol was, verkocht aan een schroot- en metaalhandelaar, ik meen dat het Kapteijn in Amsterdam was, maar zeker weet ik het niet meer. Een paar collega’s werden hiervoor vrijgemaakt.

De koperdoos, die natuurlijk niet te tillen was, werd met verenigde krachten, samen met andere koperresten volgepropte dozen en emmers, in een busje gehesen en naar een braakliggend terrein ergens buiten deel C gereden. Er moest namelijk nog iets gebeuren, de vinyl isolatielaag moest eerst van het koperdraad worden verwijderd. ‘Schoon’ koper leverde namelijk per kilo meer op dan vuil (geïsoleerd) koper. Om dit snel te kunnen bewerkstelligen moest de fik er dus in. Op dezelfde wijze zoals de monteurs de doos met koper met veel moeite in het busje hadden gehesen moest deze er natuurlijk ook weer uit op het braakliggend terrein. Als uiteindelijk al het koper op een hoop was gegooid vormden al die gekeurde elektriciteitsdraden natuurlijk een kleurig geheel. Even later werden er een paar emmers stookolie overeen gegooid en een brandende lucifer deed de rest. Een luide woeshhh en grote inktzwarte rookwolken waren het gevolg.

Vanaf mijn werkplek, een eind verderop, volgde ik het schouwspel. Ik zag de grote rookwolken richting nieuwbouw flats drijven. De flats waren nog maar net opgeleverd. Op diverse balkons hing frisse hagelwitte was te drogen. Even later kon je de balkons en het wasgoed niet meer zien. Dat we nooit de politie en brandweer op ons dak hebben gekregen is een wonder. Na afloop was het koper schoon gebrand, nou ja, schoon? De vinyl isolatie was eraf gebrand, het koper was zwart geblakerd. Het zag er m.i. niet uit.

Uiteindelijk moest alles weer in het busje worden geladen en naar Kapteijn worden vervoerd. De opbrengst van het ‘schone’ koper, werd verdeeld onder de monteurs, een gedeelte ging in onze koffiepot en van het restant werden drank en snacks gekocht. Op een vrijdagmiddag hielden we dan bijtijds op en veranderde onze keet in een kroeg en deze ging open voor een aantal onderaannemers, collega's en 'vrienden'. Er werd gerookt, gepraat, gegeten en gezopen. Na afloop zag ik dat een aantal collega’s zigzaggend naar hun vervoermiddel liepen, voor zover ze dit nog konden vinden. Ik zag een collega met zijn sleutel een andere auto proberen open te maken. Ik liet mij in die tijd gelukkig nog vervoeren met een VW busje. De chauffeur ervan was volgens mij de enige dit niet gedronken had. Het is uiteindelijk weer goed afgelopen. Iedereen is veilig thuis gekomen.

 

Alle rechten voorbehouden

19 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe